Ander type onderzoek nodig voor gezondheidseffecten ultrafijnstof bij platformmedewerkers
Het is niet mogelijk om het bestaande onderzoek naar gezondheidseffecten van ultrafijnstof (UFPultrafine particles (ultrafijne deeltjes)) onder omwonenden van Schiphol uit te breiden met platformmedewerkers. De onderzoeksopzet is hiervoor niet geschikt. Het Ministerie van Infrastructuur & Waterstaat vroeg naar de mogelijkheden daarvoor. Aanleiding van deze vraag was een motie in de Tweede Kamer.
Te weinig data
Bij het onderzoek naar omwonenden analyseert het RIVMRijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu verschillende data over de gezondheid van omwonenden van Schiphol. Een vergelijkbaar onderzoek is voor platformmedewerkers onmogelijk omdat de benodigde data ontbreken.
Dwarsdoorsnedeonderzoek wel mogelijk
Met een ander type gezondheidsonderzoek (zogeheten ‘dwarsdoorsnedeonderzoek’) blijkt het wel haalbaar om mogelijke gezondheidseffecten van ultrafijnstof bij platformmedewerkers in beeld te brengen. Bij een dwarsdoorsnede van de huidige platformmedewerkers worden de long- en hartfunctie plus de analyseresultaten van bloed en urine, gekoppeld aan blootstellingsmetingen. Deze onderzoeksresultaten geven dan een indicatie (geen zekerheid) van de ziekten die door langdurige blootstelling aan UFPultrafine particles (ultrafijne deeltjes) kunnen worden veroorzaakt.
Weinig bekend
Er blijkt internationaal nog weinig bekend over de eventuele gezondheidseffecten van blootstelling aan UFP bij platformmedewerkers op vliegvelden. Het RIVM verwacht dat platformmedewerkers tijdens hun werk meer ultrafijnstof kunnen binnenkrijgen dan omwonenden. Bovendien is duidelijk dat zij ook worden blootgesteld aan andere luchtvervuilende stoffen die afkomstig zijn uit onder andere vliegtuigmotoren en dieselmotoren van bagagekarretjes.
Leave a reply
Leave a reply